Authenticiteit is overroepen

Zelden zoveel bebaard mansvolk met tattoos gezien als maandagavond in een uitverkochte AB.

Steve drukte zijn dankbaarheid voor de grote opkomst in de AB meermaals uit. Hij vond onze Brusselse zaal ‘pakken beter en intiemer’ dan de Wembley Arena, waar hij vorige week optrad. Tussendoor noemde hij Black Box Revelation, dat zijn voorprogramma verzorgde, ronduit ‘de beste rockband van het moment’. Deed Steve zijn best om wat stroop aan de veelvuldig vertegenwoordigde baarden te smeren? Misschien, maar hij deed het op zo’n ontwapenende manier dat we het hem vergaven.

Seasick SteveNet zoals we hem vergaven dat hij zijn levensverhaal destijds wat heeft aangedikt. Een muziekjournalist bracht onlangs aan het licht dat Steve in de jaren 70 niet écht een zwerver was, maar wel een sessiemuzikant die bijkluste in allerlei disco- en glamrockbandjes. En dat hij tien jaar jonger was dan hij zich voordeed. We hebben in het rond gekeken toen Steve de vette bluesriffs van ‘Gypsy blood’ en ‘Hell’ op de zaal afvuurde: niemand gaf een zier om dat vermeende gebrek aan authenticiteit.
Steve zat er zelf wél mee verveeld. ‘Als ik een song schrijf over goedkope wijn drinken onder een eucalyptusboom, schrijf ik die omdat ik weleens goedkope wijn gedronken heb onder een eucalyptusboom’, leidde hij ‘Thunderbird’ in.

Voor de titelsong van zijn recente plaat Keepin’ the horse between me and the ground, kreeg de bluesman versterking van Jan Paternoster en Dries Van Dijck. Die veranderden de gezapige bluessong in een explosieve stoot rock-’n-roll.
Tijdens de bissen deed Seasick Steve de zaal verstommen met zijn pakkende versie van ‘Gentle on my mind’ van Glenn Campbell. We hadden graag nog zijn cover van Harry Nilssons ‘Midnight cowboy’ of van ­Loves ‘Signed D.C.’ gehoord, maar misschien wilde Steve meer dan ooit de nadruk leggen op zijn eigen nummers?

Deze recensie verscheen op woensdag 19 oktober 2016 in De Standaard.

Leave a Comment

Your email address will not be published.

You may like