Wonderland in de praktijk

Sinds september 2010 heeft mijn Wonderland een letterlijke invulling gekregen: Nederland.
Als kersvers grensarbeider verwonder ik me dagelijks over de grote en kleine verschillen.

Op de trein bijvoorbeeld, waar mobiele gesprekken tot mijn genoegen vaak verrassende wendingen nemen.

Nederlanders kunnen niet zo goed stiltes verdragen. Dus flansen ze er, wanneer een telefoongesprek dreigt stil te vallen, regelmatig de geweldige vraag “Nou, en ga je nog wat leuks doen vandaag?” tussen. Een ondenkbare vraag voor een Vlaming. Iets leuks doen, op een doordeweekse werkdag? “Zeg, zwáánsde gaa na? Ik moetekik gon waarke zenne.” En werken, zo vindt een Vlaming, kán gewoon niet leuk zijn. Of plezant, zo u wil. Enfin, “iets leuks doen”; het is voor ons een vrij vaag begrip.

Die leukheidsfactor en het belang dat daar in het dagelijks leven aan gehecht wordt, zijn dan ook typisch Nederlands.
Een Vlaming kan dat slechts in beperkte doses aan. Geloof me vrij.

Leave a Comment

Your email address will not be published.

You may like