Goose wordt groot

De AB een paar dagen na elkaar uitverkopen? Dat deed Goose wel al vaker. Maar een grote zaal, dat was de eerste keer. Vrijdag vulde het Kortrijkse viertal de Lotto Arena. Met stijl.

Goose
Foto: Koen Bauters

‘Het is vrijdagavond, let’s dance!’, zweepte zanger Mickael Karkousse de massa op, waarna een ijzersterk ‘So long’ weerklonk, een van de meest catchy deuntjes uit hun jongste plaat What you need. Dat album klonk iets bedaarder dan de voorgangers, die stevig mikten op de dansbenen van de trouwe Goose-fans. Dat is trouwens een publiek waarin zowat alle leeftijden vertegenwoordigd zijn. Van twintigers tot vijftigers: iedereen houdt van Goose.

In de Lotto Arena flirtte het Kortrijkse viertal meermaals met de grens tussen eightieskitsch en elektrogroove. ‘Trip’ viel met zijn trage tempo en slepende zanglijn een beetje tussen wal en schip, maar zette de deuren wél wagenwijd open voor het publiek om ‘What you need’ en ‘Control’ met open armen te verwelkomen.
It’s all about the lion in me, zong Karkousse en wat ons betreft mocht hij gerust wat meer briesen en brullen. Het siert Goose dat geen van de vier bandleden zichzelf op de voorgrond plaatst – ook de frontman niet – maar het kost hen wel een metertje (of twee) mysterie. Goose is erg rechttoe, rechtaan: wat je ziet, is wat je krijgt. En wat we kregen, was exact wat we verwacht hadden.

Goose is erg rechttoe, rechtaan: wat je ziet, is wat je krijgt

De gitaar van Dave Martijn klonk nooit zo vet als in ‘Call me’. Goose bracht een puike liveversie van deze song, die hier een pak meer groove meekreeg dan op plaat. Hetzelfde aha-momentje beleefden we tijdens ‘Come home’: dat oe-oe-koortje kreeg plots meer nadruk en katapulteerde ons terug naar de hoogdagen van de jaren tachtig (u weet wel, toen Modern Talking bovenaan de hitlijsten prijkte en niemand daar moeilijk over deed).

Maar geen Goose zonder de explosieve hits waarop het fijn springen en luidkeels meejoelen is. ‘British mode’ gooide de bekende beats door de betonmolen die Lotto Arena heet en ‘Synrise’ was een waardige (zij het voorspelbare) afsluiter.

En dan was er nog dat mooie momentje tijdens ‘Words’: Mickael Karkousse greep een gitaar vast en posteerde zich daarmee tussen gitarist Dave Martijn en bassist Tom Coghe. Daar stonden ze dan, als de gitaarrockers die ze als prille twintigers graag wilden zijn. Het draaide ietwat anders uit – de gitaren werden grotendeels ingeruild voor synths en andere gear – maar niemand die we daarover hoorden klagen.
Moge Goose nog lang Goose blijven, maar de volgende keer (in het Sportpaleis?) mogen ze ook een kers op de slagroomtaart meebrengen: een remix, een cover, een special guest… Een verrassingselement.

Deze recensie verscheen op maandag 31 oktober 2016 in De Standaard.

Leave a Comment

Your email address will not be published.

You may like