Een courtroom drama. Maar dan echt.

Alleen al voor de sappige Kempense tongval van die Turnhoutse rechter kijk ik graag naar ‘De rechtbank’. Of voor de jonge Hasseltse rechter die haar beklaagden steeds met dat schelle stemmetje en dat vermanende vingertje toesprak, in het vorige seizoen. Maar los van deze goed uitgezochte persoonlijkheden die de gedroomde hoofdpersonages vormen van ‘De rechtbank’, is dit Vier-programma vooral een interessante weergave van onze samenleving, en dan vooral van wat daarin zoal misloopt.

Sinds de vorige aflevering wordt er gefocust op één enkele assisenzaak, en voor zover dat mogelijk was, tilde die zet het programma naar een nog hoger niveau. De eerste aflevering over het proces tegen Romain Adriaens, beschuldigd van de moord op zijn vrouw, liet zich bekijken als het betere courtroom drama. Maar dan in het echt.

De getuigenis van de politieagent die als eerste ter plaatse was, en de daaropvolgende ondervraging door de advocaat van Adriaens, zetten meteen de toon. Insinuaties aan het adres van de openbare aanklager, die de politieagent voorafgaand aan het proces zou hebben beïnvloed, hulden de rechtszaal in een waas van subjectiviteit. Dat verraste mij. In die Amerikaanse rechtszaken gaat het misschien wel zo, maar bij ons gaat men toch objectiever te werk? Niet dus. Er komt wel degelijk een dosis toneel bij kijken.

De aflevering eindigde met een videofragment waarin Adriaens in de verhoorkamer geconfronteerd wordt met zijn tegenstrijdige verklaringen en hij stug blijft zwijgen, ondanks duidelijke taal van zijn ondervrager (“U, mijnheer Adriaens, bent de enige die ons in het onderzoek zo tegenwerkt!”). Slimme zet om dit fragment als cliffhanger te gebruiken, want het riep bij mij heel wat vragen op. Waarover wil hij dan niets kwijt? Welke getuigen of bewijzen spreken hem tegen? Waarom werkt deze man zichzelf zo in nesten? Ik kijk alvast uit naar de antwoorden.

Leave a Comment

Your email address will not be published.

You may like