Een geruststelling die er eigenlijk geen was.

Voor ik de operatiezaal werd binnengereden, kwam de kaakchirurg gedag zeggen. “Goedemorgen, mevrouw. Bij u gaan we twee botankertjes in de bovenkaak plaatsen, nietwaar?” Ik was blij dat hij dat zelf nog even bevestigde, want ik was niet graag wakker geworden met die twee dingen in mijn onderkaak, of ergens anders waar ik ze niet nodig had. “Goed zo. Het gaat niet lang duren. Het zal allemaal goed meevallen.”

Vooral voor hem dan toch, dacht ik bij mezelf.

Een kwartier later viel ik in een diepe slaap, droomde een eindje weg, en werd dan bruusk uit mijn droom weggerukt. “Het is gedaan, mevrouw.”

Nu zit ik thuis met ijszakken op mijn stijve kaken. Nog geen pijn, voorlopig.

Wie weet, gaat het allemaal nog goed meevallen ook. Voor mij dan.

Leave a Comment

Your email address will not be published.

You may like