Spring in dat gat, Koen

Een kersverse papa die zijn broeksriem begint los te maken, wanneer de verpleegster van Kind en Gezin hem aanmaant om ‘de kleertjes alvast uit te doen’ – daarmee uiteraard doelend op de kleertjes van zijn anderhalfjarige zoontje: dat zou je misschien een belegen grap kunnen noemen. Een grap waarvan de goede verstaander de pointe bovendien al van kilometers ver ziet aankomen. Dat Koen Cools – een generatiegenoot – er fijntjes bij vermeldde dat Kind en Gezin in zijn eigen kindertijd nog het Kinderheil heette, katapulteerde ons dan weer vrolijk terug naar die onbekommerde jaren tachtig, die uitsluitend leken te bestaan uit zomers waarin er vooral op de crèmekar gewacht werd. Grap versus nostalgie: 0-1.

Het is een van de anekdotes die Koen Cools zaterdagavond opdiste in zijn avondvullende programma ‘Dag Rex‘, een ode aan het lichte cabaret van weleer, de oude cinema Rex in Mol, vergeten crooners, en welja, ook wel aan die nostalgie waar wij dertigers collectief last van lijken te hebben.

Koen Cools speelt al van kleinsaf toneel en groeide in het plaatselijke verenigingsleven van Dessel, zijn (en ook mijn oorspronkelijke) hometown, uit tot een gegeerd presentator van feesten en partijen allerhande. Gaandeweg begon hij die presentaties uit te breiden met korte sketches en liedjes, daarbij veelal puttend uit het oeuvre van zijn grote idool, Toon Hermans. Na een eerste succesvol programma vorig jaar (waarover ik Koen en de muzikanten die hem intussen vervoegden, toen al sprak) was het nu tijd voor een vervolg.

‘Dag Rex’ ging van start met een wondermooie tekst over de gebeurtenissen in Parijs. En dat zou niet de enige sterke tekst van de avond zijn. Koen Cools toonde zich een begenadigd songschrijver. Een ode aan je favoriete koffiebar (toevallig ook de onze, toen we nog in de Kempen resideerden) en de bekende Turnhoutse cultuurtempel in geloofwaardige en catchy songs gieten: Koen Cools draait er zijn hand niet voor om.

“Het werk van Toon is talig, verfijnd en tijdloos”, vertelde Koen in onberispelijk Algemeen Nederlands aan zijn publiek. Dat klopt, maar het is ook braaf en beschaafd. Misschien zelfs een beetje té braaf en beschaafd voor deze tijd. Relschopperij op z’n Hans Teeuwens hadden we op deze avond niet verwacht, maar een beetje edgier had het tekstmateriaal misschien wel mogen zijn.

Al werd dat gebrek aan scherpe tekstuele randjes wel ruimschoots goed gemaakt door de composities van pianist Dagmar Feyen, geflankeerd door zijn dochter Catharina op contrabas en een ronduit indrukwekkende Koen Dries op sax.

Croonen en verhaaltjes vertellen: waarom zijn we daar eigenlijk ooit mee gestopt, mensen? Ik zie hier een gat in de markt. Spring erin, Koen.

Leave a Comment

Your email address will not be published.

You may like